Benodigd:

– 1 struik bleekselderij
– 3 rode appels
– 2 – 3 eetl. olijfolie
– 12 verse blaadjes salie
– 1 grote teen knoflook
– 1 laurierblaadje
– 100 – 175 ml. droge witte wijn
– eventueel 2 eetl. kappertjes
– zout en zwarte peper

Bereiding:

Verwijder het wortelgedeelte van de bleekselderij, snijd de stengels van de blaadjes naar het uiteinde in dunne reepjes. Was de reepjes en laat ze uitlekken. Was de appels, snijd ze in vieren en verwijder het klokhuis, maar schil de appels niet. Hak het vruchtvlees in blokjes. Schenk in een grote koekenpan een bodempje olie en verhit deze tot het begint te dampen. Was de blaadjes salie en knip deze boven de pan klein. Pel de knoflook en pers hem er boven uit. Bak ze samen kort en voeg dan de bleekselderij, appel en het laurierblaadje toe en roer alles met een houten lepel door. Schenk na 1 minuut de wijn erbij tot alles onder staat. Draai het vuur hoog en kook de bleekselderij beetgaar. Voeg eventueel wijn toe als het mengsel droog staat. Roer als de bleekselderij gaar is de kappertjes erdoor en warm alles even door. Breng het gerecht op smaak met zout en peper en verwijder het laurierblaadje voor het serveren.

(50)